Verslag door Ahmed Fergiani
De prachtige stad Leptis Magna is één van de meest bezochte toeristische bestemmingen in Libië, die de verbeelding van vele bezoekers zal aanspreken. Het is tevens de belangrijkste Romeinse opgraving buiten Italië en, in tegenstelling tot de meeste antieke ruïnes, geven de zeer goed geconserveerde overblijfselen een helder beeld van hoe een complete Romeinse stad er vroeger uitzag.
De stad werd gesticht in de tweede helft van de 7e eeuw voor Chr. door de Feniciërs en werd later een Griekse stad. Onder het Romeinse theater is een begraafplaats uit de 4e - 3e eeuw voor Chr. gevonden. Na het einde van de derde Punische oorlog in 146 voor Chr. werd Leptis onderdeel van de Romeinse Republiek, alhoewel het op veel terreinen een onafhankelijke status behield. De Romeinse Republiek zond een paar kolonisten samen met een klein garnizoen om de stad te kunnen controleren. Vanaf dat moment groeide Leptis gestaag en mocht zelfs haar eigen munten slaan. Al spoedig verschenen er Italische kooplieden in de stad die goede zaken deden met het Libische achterland 3. Met Rome als nieuwe machthebber in de Middellandse Zee floreerde Leptis, inmiddels geclassificeerd als civitas libera et immunis (vrije leefgemeenschap en vrij van het betalen van belasting). Het werd een commercieel middelpunt en populaire leverancier van olijfolie, kostbare metalen, graan, wilde dieren en slaven voor Rome 4.
Deze situatie duurde voort totdat de regering van keizer Tiberius de stad en haar omgeving inlijfde als onderdeel van het totale keizerrijk in de provincie Africa. Leptis werd al snel één van de leidinggevende steden van Romeins Afrika en de belangrijkste handelspost. De stad bleef groeien en werd omstreeks 64 na Chr. de hoofdstad van Afrika. Onder Trajanus (98 – 117) kreeg het de status van colonia.
De haven
De Fenicische kooplui die sinds het eerste millennium voor Chr. de Middellandse Zee bevoeren waren de eerste die de natuurlijke en beschermde haven van Leptis ontdekten. Zij zagen hierin kennelijk meteen de mogelijkheden om handel te drijven met de lokale bevolking. Vanuit de oases in de Fezzan woestijn zonden de stammen karavanen met kostbare en fascinerende goederen naar het plateau en vervolgens naar de kuststreek van Gefara waar de handelsposten lagen. Daar konden zij de goederen uitwisselen met de Fenicische kooplui. De Feniciers onderkenden de potentiele kansen van de oostelijke Middellandse Zee en besloten diverse havens aan die kust te stichten. Eén daarvan was de kleine nederzetting aan de mond van de Wadi Lebda, later bekend als Leptis dat, net als haar zusternederzettingen Oea en Sabratha, haar groei dankte aan deze door de Sahara reizende karavanen.
Het plotselinge verval
Onder invloed van één van haar inwoners, de berber Septimius Severus (193 – 211 AD), die de eerste uit Afrika afkomstige Romeinse keizer zou worden, kreeg de stad niet alleen een nieuw groot forum, maar werd ook de buitengewone haven voorzien van spectaculaire architectonische monumenten. Daarnaast probeerde Septimius Severus ook iets te doen aan de vele overstromingen, veroorzaakt door het stijgen van het water uit de Libda Wadi. Helaas bleek dit laatste een goed bedoelde poging die verkeerd uitpakte. Omdat het water uit de Wadi nu geen tegenkracht meer gaf aan het water dat vanuit zee de haven inspoelde, werd het meegenomen zand niet meer terug naar zee gevoerd. De haven slibde dan ook vrijwel onmiddellijk dicht en belemmerde de schepen naar binnen te varen.
Deze fout leidde tot het verval van Leptis Magna, omdat de stad niet langer in staat was goederen te importen of exporteren. De bevolking vertrok en de stad werd een klein spookstadje onder invloed van de altijd aanwezige Sahara-wind en de diverse invasies van plunderende volkeren. Tot op de dag van vandaag zijn de extreem goed bewaarde oostelijke kades met hun pakhuizen te zien. Zij waren nauwelijks gebruikt.
Leptis Magna werd door Italianen pas weer herontdekt in 1915 en dankzij hen zijn de overblijfselen van de haven en havenstad gaan behoren tot één van de best geconserveerde Romeinse steden buiten Italië. Op de archeologische site zijn nog vele delen van de Romeinse haven te zien. De vuurtoren, de controletoren, de pakhuizen en de dikke stenen ringen langs de kades waaraan de schepen vast lagen als ze werden gelost of geladen, zijn nog stille getuigen, klaar om ons te vertellen wat er de afgelopen tweeduizend jaar met Leptis is gebeurd.
- Noten
- 1: Foto's 1 en 4: Jean-Claude Golvin.
- 2: Foto 2: Sasha Coachman.
- 3: Foto 3: The Atlantic (Alan Taylor), fotograaf Jason Hawkes. Meer luchtfoto's op https://www.theatlantic.com/photo/2013/05/over-libyas-coast/100523/.
- 4: Silvia Bullo: Provincia Africa. Leptis Magna. Pp. 167–171.
- 5: Brogan, Wilson: "Lepcis", in: The Oxford Classical Dictionary (4th ed. 2012), p. 821.
- 6: Foto 5: http://romeartlover.tripod.com/Leptis2.html.
- 7: Foto 5: http://www.roger-pearse.com/weblog/2011/04/30/the-lighthouse-at-leptis-magna/>.
- 8: Foto 8: Livius.org.