22 Nov 2016

Civitavecchia, historische notities

 

Door Luca Seidenari

De moderne haven van Civitavecchia

De huidige stad Civitavecchia werd oorspronkelijk in het begin van de tweede eeuw na Chr. gesticht door keizer Trajanus als een antieke Romeinse nederzetting, Centumcellae genaamd. De keizer had in deze streek een luxe villa die door Plinius de jongere werd omschreven als:”Villa pucherrima cingitur viridiffimis agris” (Deze charmante villa wordt omgeven door prachtige velden).
Trajanus besloot een nieuwe haven te bouwen die groter en veiliger was dan de havens gesitueerd aan de monding van de Tiber (Ostia en Portus), waar door verzanding continue problemen waren. Waarschijnlijk werd het project uitgevoerd door een bij de keizer in hoog aanzien staande architect, Apollodoro van Damascus. Als locatie werd gekozen voor een rotsachtige kuststrook in de buurt van de keizerlijke villa.

Volgens een geloofwaardige overlevering zou de naam Centumcellae slaan op de aanwezigheid van de vele natuurlijke grotten langs deze kuststrook. Andere hypothesen over de oorsprong van de naam van de havenstad refereren aan de vele kamers van de grote villa van Trajanus of aan de ontelbare opslagplaatsen die de haven telde.

Emperor Trajan at Tower Hill 9548613224
Beeld van Trajanus in Londen(kopie)

Centumcellae werd al meteen na de bouw een belangrijke havencentrum zowel uit commercieel als uit militair oogpunt. De stad was feitelijk het belangrijkste maritieme servicecentrum van Rome en de thuishaven waar de detachementen van de keizerlijke vloot van Miseno en Ravenna waren gelegerd.
De stad ontwikkelde zich al snel via het klassieke systeem in een rechthoekig straatplan met een Decumanus, een Cardo en een Forum (zie ‘een haven voor Rome’). Ook kreeg Centumcellae al spoedig rechtbanken en gevangenissen. Uit overleveringen weten we dat In 251, tijdens de vervolgingen van de Christenen door keizer Decius en zijn opvolger Trebonianus Gallus, ook paus Cornelius I in een publieke gevangenis in Centumcellae werd opgesloten.
Al in 314 werd de stad één van de eerste katholieke bisdommen in het Romeinse Rijk, want toen slechts een jaar later het Edict van Milaan verscheen waarin keizer Constantijn de christenen toestemming gaf hun religie uit te oefenen, had de stad al een bisschop met de naam Epitetto.

Ondanks het niet te stuiten verval van het Romeinse keizerrijk gedurende de 4e en 5e eeuw werd, in tegenstelling tot vele andere steden, Centumcellae steeds belangrijker dankzij de commerciële ontwikkeling. De haven werd in die periode dan ook gezien als de haven van Rome. Een ooggetuigenverslag van de bloei van de stad hebben we van de hand van de poëet Claudius Rutilio Namaziano, prefect uit Rome. Deze vertrok in 416 naar zijn geboorte grond in Gallië om te zien hoe zijn landerijen er na de verwoestingen door de barbaren bij lagen. Hij beschrijft zijn reis in een lang gedicht, De Redito suo (over zijn eigen terugkeer) genaamd. Ook Centumcellae werd aangedaan. Hij beschrijft de haven1 en het badhuis, de Thermen Taurus, die hij daar bezocht.

Het caldarium (warmwaterbad) van het keizerlijke badhuis.

De stad had veel te lijden van de oorlogen tussen de Gothen en de Byzantijnen tussen 535 en 553, waarbij ze herhaaldelijk werd belegerd en verwoest door beide partijen die streden om de controle over de haven. Niettemin kende de stad gedurende de hele vierde eeuw een grote voorspoed en levendigheid zoals paus Gregorius de Grote en de Byzantijnse historicus Procopio hebben gedocumenteerd. In de volgende eeuwen werd Centumcellae een byzantijns garnizoen onder het commando van een graaf.

Met het vestigen van de erfenis van Sint Petrus in Rome, het begin van een pauselijke staat, kwam de stad onder invloed van de pauselijke macht. In 749 liet paus Gregorius III de muren rond de stad herbouwen om deze te beschermen tegen de Longobarden en de Saracenen.
Aan het begin van de IXe eeuw werd er een Karolingische vloot gelegerd. De geschiedenis van de stad zou in 513 een bruusk en dramatisch einde krijgen toen de stad werd aangevallen, bewoond en verwoest door de Saracenen, Arabische piraten afkomstig uit de kust van Afrika, maar ook vanuit maritieme basissen in Sardinië en Spanje.

De heuvel met de restanten van Centumcellae

Veel inwoners verlieten huis en haard en vluchtten de omliggende heuvels in. Volgens de officiële kerkelijke geschiedschrijving trokken de vluchtelingen rond op zoek naar een nieuwe woonplaats tot in 654 paus Leo IV in het binnenland een nieuwe stad voor hen bouwde. Deze stad zou, ter ere van de paus, Leopoli moeten gaan heten, maar mede door het verhuizen van het bisdom naar de nieuwe stad, bleef deze de antieke naam Centumcellae houden. Een naam die in de loop der jaren werd veranderd in Cincelle en weer later in Cencelle. De ruines van deze laatmiddeleeuwse stad zijn tegenwoordig nog te zien in het open landschap tussen Allumiere en Tarquinia.

Volgens een legende uit 899 vond er een grote discussie plaats onder de bewoners of ze in het nieuwe stadje in de heuvels zouden blijven of dat ze weer terug zouden gaan naar de oude havenstad. Toen men er niet uit kwam werd er besloten raad te vragen aan een oude zeeman, Leandro genaamd. Deze gaf de raad, die als bindend werd gezien, om naar de oude stad aan zee terug te keren. Deze legende staat aan de basis van Civitavecchia omdat de bewoners inderdaad op advies van Leandro terugkeerden naar ‘Oude Stad’ waarmee, volgens de overlevering op 15 augustus 889, Civitavecchia was geboren.
Het is echter aannemelijker dat de bewoners zijn terugkeer zo rond het jaar 1000, toen op de ruïnes van de oude havenpakhuizen, naast de ingang van de Romeinse ‘Darsena’ (binnenhaven voor onderhoud van schepen) een fort werd gebouwd. Al spoedig na de bouw ontstond er binnen het fort een wooncentrum dat Civitas Vetula werd genoemd. Later werd dit Civitas Veccla en nog later Civitavecchia, eigenlijk als herinnering aan de oude havenstad die ooit op deze plaats had gelegen.

In de eerste jaren van het tweede millenium werd Civitavecchia feodaal eigendom van allereerst graaf Ranieri di Civita Castellana, daarna van Pietro Latro en de daaropvolgende twee eeuwen van de familie di Vico, stads prefecten van Rome. De heerschappij van de di Vico over de stad eindigde in 1431 toen het ford werd doorgegeven aan kardinaal Vitelleschi in opdracht van het pauselijk leger. Civitavecchia werd vanaf toen weer opnieuw de belangrijkste haven voor Rome onder controle van het pauselijk gezag. Er breekt dan een tijd van vernieuwing en voorspoed aan met veel bouwactiviteiten. De muren van de stad worden gerestaureerd, het aquaduct en met name ook de haven.

Monti della Tolfa

De grootste ontwikkeling van de stad kwam echter na het ontdekken van aluin in de Monti dellaTolfa in 1462. Aluin werd beschouwd als kostbaar materiaal dat gebruikt werd in vele sectoren en voor veel activiteiten, van het construeren van schepen tot aan het gebruik voor farmaceutische doeleinden. Natuurlijk werd de haven van Civitavecchia de belangrijkste exporthaven van dit materiaal naar de verschillende havens aan de Middellandse Zee en in de rest van Europa: de export in aluin maakte circa 70 % uit van de totale pauselijke financiële inkomsten.

De moderne haven met het fort Michelangelo

 

Speciaal om deze export te beschermen liet paus Julius II in 1508 het zogenaamde Fort Michelangelo bouwen dat gereed kwam in 1535, hetzelfde jaar waarin de restauratie van de muur rond de stad, uitgevoerd door de grote militaire archictect Antonio da Sangallo, werd afgerond. De stad kreeg hierdoor meer aanzien en de opeenvolgende pausen uit de 17e en 18e eeuw verleenden de bekende architecten uit die perioden opdracht voor nog veel meer bouwwerken.

In 1638 gaf paus Urbanus VII de opdracht tot het bouwen van een rondmuur die de haven van de stad moest scheiden, werden de grote hospitalen gebouwd en kreeg de beroemde architect Bernini de opdracht om het prachtige arsenaal in het centrum van de haven te bouwen.

Muur die de haven van de stad moest scheiden (1638)


In de volgende eeuw werden er andere grote en belangrijke werken uitgevoerd, zoals de aan de beroemde architect Vanvitelli toegeschreven fontijn van Mascherone in 743, de Livorno Poort en het elegante kleine paleis van het pauselijke garnizoen dat tegenwoordig in gebruik is als thuisbasis van het Nationale Archeologische museum van Civitavecchia.
Aan het einde van de 18e eeuw en het begin van de 19e eeuw werd de stad meerdere keren bezet door het Franse leger. Na de val van het Napoleontische keizerrijk kwam de havenstad in 1825 weer onder pauselijke beheer en zou 1000 jaar lang een bisdom blijven.

In februari 1849 werd Civitvecchia onderdeel van de Romeinse republiek. Dit eindigde echter enige weken later al op 24 maart toen de Franse troepen onder leiding van generaal Oudinot de stad opnieuw bezetten om het pauselijk gezag te herstellen.

Treinbrug tussen Civitavecchia en Rome

In 1859 werd de stad verbonden met Rome via een zeer antiek treinsysteem dat in Italië was geproduceerd en in gebruik werd gesteld door paus Pius IX.
Het vele honderden jaren durende bewind van de paus over de stad eindigde op 16 september 1870 toen de dienstplichtige troepen uit Savoya, onder leiding van Nino Bixio, de stad veroverden om in te lijven bij het nieuwe Italiaanse koninkrijk.

Tussen het einde van de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw werd de stad steeds belangrijker door de uitbreiding van de haven en het ontstaan van nieuwe industrieën. Dit zorgde ook voor een grote demografische groei. Helaas werd de stad tussen 1943 en 44, ongeveer 11 eeuwen na de verwoesting door de Sarcenen, opnieuw compleet verwoest door de ontelbare vliegtuig bombardementen gedurende de tweede wereldoorlog. Ook toen vluchtten de bewoners naar een veiliger plaats in de heuvels. Tijdens de bombardementen die duizenden slachtoffers telden, werd ongeveer 80 % van de stad vernietigd. Vele gebouwen en monumenten zijn voorgoed verloren gegaan. Helaas was de naoorlogse wederopbouw te overhaast en onoverdacht zodat de antieke structuur van de stad in gevaar kwam. Wel werd de haven opnieuw een belangrijke economische factor voor de stad dankzij de visindustrie en het commerciële handelsverkeer. Bovendien werd Civitavecchia de belangrijkste haven in midden Italië voor het vervoer van passagiers per ferry van en naar Sardinie en Sicilie, de havens in Noord-Afrika, Spanje en Frankrijk. Uiteindelijk is Civitavecchia geworden tot een heel belangrijke Europese haven vanuit het oogpunt van cruise-verkeer dankzij haar positie in het centrum van de Middellandse Zee en slechts enkele kilometers verwijderd van Rome. Had Trajanus toch goed gezien.

Vertaling Gerard Huissen

 

  • Notes
  • 1: EPISTOLE Lib VI: XXXI C.PLINIVS CORNELIANO SVO S. Een brief aan Corneliano
  • 2: Tekst van Claudio Rutilio Namaziano over de de haven:
    ad Centumcellas forti defleximus Austro; tranquilla puppes in statione sedent. molibus aequoreum concluditur amphitheatrum, 240angustosque aditus insula facta tegit; attollit geminas turres bifidoque meatu faucibus artatis pandit utrumque latus. nec posuisse satis laxo navalia portu: ne vaga vel tutas ventilet aura rates, 245interior medias sinus invitatus in aedes instabilem fixis aera nescit aquis; qualis in Euboicis captiva natatibus unda sustinet alterno bracchia lenta sinu.

    (vertaling)
    Om naar Centumcellae te komen wendden we het zeil wegens een sterkte zuidenwind. Onze schepen vonden een ankerplaats op de kalme rede. Er is daar een amfitheater van water ingesloten door pieren met een kunstmatig eiland. Deze beschutten de nauwe ingangen; hebben er bovenuit stekende torens en zijn verlengd in beide richtingen waardoor er een dubbele ingang met nauwe kanalen wordt gevormd. Het was niet voldoende om alleen grote kades te bouwen met veel ruimte om aan te leggen. Om de schepen niet door de ronddwalende wind te veel te laten schommelen, ondanks dat ze in veilige haven lagen, was er een door gebouwen omringde binnenhaven waar men, terwijl men onbeweeglijk stil igt, niets merkt van de eigenzinnige wind, net als in het water van de ingesloten baden in Cumae die de kalme armen van de zwemmer gevangen houden in een vaste slag.

Waardeert u ons werk?

Wordt lid van Roman Ports en ontvang het boek of doe een donatie!

Wordt lid en steun ons
Recente artikelen & projecten

De teruggevonden vloot van Pisa

De teruggevonden vloot van Pisa

 

In 1998 werd bij toeval een ongelooflijk archeologisch erfgoed ontdekt in de buurt van het station Pisa San Rossore....

Lees meer...

Leptiminus

Leptiminus

Op de plaats van het huidige Lamta aan de oostkust van Tunesië lag al in de oudheid een havenstad met de naam Leptis Minor ....

Lees meer...

Romeins Zeehandelsrecht

Romeins Zeehandelsrecht

 

Het Romeinse recht is het fraaiste monument dat Rome aan West-Europa heeft nagelaten....

Lees meer...

Sullecthum (Salakta)

Sullecthum (Salakta)

In de Sahel, in de Tunesische provincie Madhia vinden we aan zee het kleine stadje Salakta....

Lees meer...

Colonia Julia ad Turrem Libisonis

Colonia Julia ad Turrem Libisonis

.....waarschijnlijk gesticht door Julius Ceasar in het noord-westen van Sardinië.

Lees meer...
Laatste nieuws

About Roman Ports

Amor and PsycheWe are committed to providing versions of our articles and interviews in several languages, but our first language is English.

Please become a member of the Facebook group, which is our main communication platform. There you can learn about upcoming events and items of interest, post your own photos, or share any stories or general questions you may have.

If you have specific questions about our organisation, questions about financial issues, if you would like to assist in the production of our online magazine, or if you have specific requests or ideas for content, use our contactform below. You can contact us in any language!